Het toestel kan het actuele seizoen bepalen. Deze functie kan alleen worden geactiveerd met een aangesloten buitentemperatuursensor. De omschakeling tussen winter- en zomermodus wordt berekend aan de hand van een gemiddelde buitentemperatuur op korte termijn en een gemiddelde buitentemperatuur op lange termijn in combinatie met specifieke parameterinstellingen. Op basis van deze informatie kunnen delen van de installatie hun gedrag veranderen.
In de vorstbeveiligingsmodus kan een centrale-verwarmingszone bijvoorbeeld de pomp starten en in het zomerseizoen wordt de verwarming automatisch uitgeschakeld
Seizoensmodus / zonetype |
Directe zone |
Mengzone |
|---|---|---|
Vorstbeveiliging |
Begint vorstbeveiliging van het systeem: de pompen worden ingeschakeld om vorst in de hydraulische circuits te voorkomen, zelfs als er geen warmtevraag is. |
Begint vorstbeveiliging van het systeem: de pompen worden ingeschakeld om vorst in de hydraulische circuits te voorkomen, zelfs als er geen warmtevraag is. |
Winter |
Pomp wordt ingeschakeld volgens warmtevraag. |
Pomp wordt ingeschakeld volgens warmtevraag. |
Zomer neutrale band |
Pomp is uit, geen warmtevraag. |
Pomp wordt ingeschakeld volgens koelingsvraag. |
Zomer |
Pomp is uit, geen warmtevraag. |
Pomp wordt ingeschakeld volgens koelingsvraag. |